-
Doe de suiker, ei, en het zout in een kom.
-
Doe de boter in een tweede kom, zet deze gedurende 30 seconden in de magnetron totdat de boter gesmolten is.
-
Voeg de gesmolten boter bij de suiker, ei, en het zout.
-
Meng alles goed door elkaar.
-
Voeg de bloem en het water bij het mengsel, roer alles goed door elkaar totdat je een glad beslag hebt.
-
Laat het beslag ongeveer 1 uur bij kamertemperatuur rusten.
-
Verwarm een geschikt wafelijzer voor en vet het ijzer met wat boter in.
-
Schep 1 eetlepel van het beslag in het wafelijzer, sluit deze en bak de wafel 1 tot 2 minuten totdat ze mooi goudbruin zijn.
-
Haal de wafel uit het wafelijzer, rol de wafels direct op.
-
Oprollen van de wafels kun je het beste rondom een dikke steel van een kooklepel doen.
-
Doe dit met alle wafels totdat het beslag op is.
-
Doe de slagroom en de suiker in een kom, klop de slagroom op totdat deze stijf is. Om de slagroom stijf te krijgen, kun je het beste wat slagroomversteviger toevoegen, maar dit hoeft niet per sé.
-
Doe de slagroom in een spuitzak met een gekarteld spuitmondje.
-
Spuit de slagroom nu in de rolletjes, je kunt dit het beste een paar minuten voor dat je de rolletjes serveert doen. Doe je dit niet, kan het zijn dat de wafels hun knapperigheid verliezen.