Oven voor verwarmen op 220 graden, en vergeet niet om de bakplaat alvast in de oven te schuiven.

Boter in stukjes snijden en met de bloem en de suiker met de handen tot een korrelig deeg te kneden.

Zout toevoegen, en beetje bij beetje het ijskoude water toevoegen. Overigens hoef je niet al het water te gebruiken, maar zoveel als je nodig hebt om een samenhangend deeg te kneden. Bij teveel water begint het deeg te plakken.

Maak een bal van het deeg en doe dit in vershoudfolie.

Leg het gedurende minimaal een uur in de koelkast.

Was ondertussen de aardbeien en maak deze schoon.

Snij de aardbeien in plakjes en doe deze in een kom.

Doe de witte basterdsuiker erbij en meng het goed door elkaar.

Deeg uit de koelkast halen en verdelen in drie gelijke stukken of bollen.

Doe wat bloem op het werkblad.

Rol ieder stuk of bol uit tot een ronde lap.

In het midden van ieder lap doe je de aardbeien, waarbij je de randen vrij laat.

Vouw de randen over de vulling, zodat het deeg over de rand van de vulling valt. Zo voorkom je dat het deeg inscheurt.

Ei klutsen en de randen van de galette bestrijken met ei.

In de oven op de bakplaat leggen en in ongeveer 15 minuten goudbruin bakken.

Af laten koelen op een koelrek of rooster.